Binnenste buiten - Koepeltjeswoningen: een grote familie - Open tuinen goed voor opvoeding
In de zomer van 2004 werden Frits en Anja Zechner, Lemsterland 1, geïnterviewd door Martine Hemstede, journalist bij de Haagsche Courant.
Het in juli 2004 geplaatste artikel is hieronder verbatim opgenomen.
Zoetermeer is een staalkaart van de naoorlogse architectuur. Elke bouwmode werd in Zoetermeer toegepast. Het Rotterdamse NAi [Nederlands Architectuurinstutuut - red.] heeft deze zomer [2004 - red.] een tentoonstelling over de jaren 70, met als voorbeeld een huis uit Zoetermeer.
Wat vinden de bewoners van hun 'modieuze' woonomgeving?
door Martine Hemstede
ZOETERMEER - De wijk Meerzicht (1965), de derde grote uitbreiding van Zoetermeer, laat een overgang zien van de ideeën over wonen. Aanvankelijk zou heel Zoetermeer, zoals de wijken Palenstein en Driemanspolder, voor het grootste deel uit hoge flats gaan bestaan. Tegen deze anonieme architectuur was echter zoveel weerstand dat het aandeel laagbouw in Meerzicht, de derde uitleg van Zoetermeer, werd opgetrokken van 26 naar 41 procent.
In de laagbouw van Meerzicht zijn veel verschillende stijlen toegepast, en in een aantal buurten is al iets van de kleinschalige doolhof-architectuur in hofjes en woonerfjes te zien, die later ín de jaren zeventig hoogtij zou vieren in Buytenwegh De Leyens en Seghwaert.
De gedeelde achtertuin is ook een typisch experiment uit die tijd. De veelgeprezen 116 koepeltjeswoningen (witte steen, oranje koepeltje op het trappenhuis) hebben nog steeds hier en daar geen schutting in de tuin, of slechts een klein afscheidinkje naast het huis. Het idee achter de gezamenlijke tuin was dat buren er feesten konden organiseren Of met alle kinderen van de buurt spelmiddagen houden.
Veilig opgroeien in een buurt met veel sociale samenhang, dat was het ideaal.
Voor de familie Zechner, die ín een koepeltjeswoning woont aan het Lemsterland, staat dat ideaal nog recht overeind.
"De open tuinen hebben iets bijgedragen aan de opvoeding van onze kinderen", vertelt Anja Zechner (64).
"Ze liepen in het begin zo de tuin van de buren in voor een koekje.
Toen heb ik ze verteld dat de tuin tot de boom van hen is, en dat ze mochten doorlopen als de buurvrouw dat goed vond.”
Ook de kleinkinderen zijn inmiddels vertrouwd met de open grenzen van de tuin.
Frits Zechner: "De wijk is een soort grote familie."
Veel bewoners hebben, zo is vanaf het grote dakterras van het huis te zien, inmiddels heggen geplaatst tussen de tuinen. "In één geval kwamen de buren terug van vakantie, stond er ineens een heg aan hun tuin, aldus Anja.
Architect Benno Stegeman heeft veel werk in 'zijn' wijkje gestoken.
Anja: "Voordat de huizen er stonden heeft hij alle kopers uitgenodigd.
Stegeman had stoelen neergezet volgens de plattegrond van de wijk. Wie bij zijn huisnummer ging zitten, leerde meteen zijn buren kennen."
Ook belangrijk bij het inrichten van de open tuinen: dat regelde de architect in overleg met de bewoners en hun buren.
Ongeveer de helft van de bewoners woont er vanaf het begin.
Of de huizen ook nadelen hebben? Frits en Anja denken na. "Ja, de voegen vielen al snel uit de muren”, zegt Frits Zechner (67). Ook de in het oog springende oranje koepel op het dak is niet zo stevig: inmiddels is hij al twee keer weggewaaid. Nu houdt de aannemer een mal in voorraad.
Bij een rondleiding door het huis blijkt hoe spectaculair het oranje zonlicht door het trappenhuis schijnt. Bij de familie Zechner maar tot de eerste verdieping, want de open trap naar de zolder is geïsoleerd.
Frits: “Het licht was prachtig, maar we hadden een torenhoge energierekening."
Architect en oud-lid van de Zoetermeerse welstandscommissie Art Nieuwpoort vindt Meerzicht de wijk die de tand des tijds het best heeft doorstaan. De ontsluiting via de Meerzichtlaan is helder, ook voor mensen die er voor het eerst komen. De weg loopt als een boom uit in steeds kleinere straatjes, die in de woonbuurten uitkomen.
In latere wijken uit de jaren zeventig en tachtig lijken de wegen meer op doolhoven. In de jaren negentig zijn zelfs wijken aangelegd waarvan de hoofdweg volgens Nieuwpoort 'van niks naar nergens’ loopt, zoals de Golden Delicioushof in Noordhove.
© Wegener.NV 2004